9x Tips voor fietsen in de regen

1. Draag regenkleding

Logisch, toch? Vroeger op de fiets naar school trok je een regenpak aan, zodat je niet doorweekt aankwam. Datzelfde doe je op de sportieve fiets. Natuurlijk wil je niet zo’n fladderend jasje. Het mag best een beetje aero zijn. Gelukkig is er volop keus in de categorie lichte regenjasjes die je eenvoudig in je achterzak kunt stoppen.

Let wel op het materiaal. Je kleding moet waterdicht of in ieder geval waterafstotend zijn en voldoende ademen. Regenkleding heeft – net als een tent – een waterkolom. Die zegt iets over de hoeveelheid regen die de kleding aankan. Heeft je regenjack een waterkolom van minder dan 1.000 mm dan is deze alleen waterafstotend. Kies bij voorkeur kleding die die een waterkolom van 5.000 mm of meer heeft. Let bovendien of je jack voldoende ademt. Doet-ie dat niet, dan wordt je alsnog kletsnat van het zweet dat niet weg kan.
 

Wil je daarnaast droge voetjes houden? Draag een setje overschoenen. Let ook hier op dat deze waterafstotend of waterdicht zijn zodat je niet alsnog natte voeten krijgt.

2. Zorg dat je voldoende zichtbaar bent

Rijd je zelf regelmatig in een auto dan weet je dat je zicht tijdens een regenbui een stuk minder is. Als fietser is het belangrijk dat je goed zichtbaar bent voor andere weggebruikers, zodat je geen auto’s of scooters hoeft te ontwijken. Wel spannend, niet veilig!

Houd er rekening mee dat automobilisten en scooters een hogere snelheid en dus minder tijd hebben om op jou te reageren. Draag daarom kleding met reflecterende strepen of koop een reflecterend veiligheidshesje, zodat zij jou goed en op tijd zien. Deze hesjes zijn er ook speciaal voor sportieve fietsers, zodat deze goed aansluiten op je lichaam.
 

Een andere veilige optie is het monteren van kleine maat felle fietslampjes. Voor een paar euro heb je kleine lampjes die je eenvoudig met een elastiekje om je frame heen klemt.

3. Bescherm je ogen

Het is altijd verstandig tijdens het wielrennen een bril te dragen. Een bril beschermt je tegen de zon (als je goede lenzen hebt) en beestjes. Een bril zorgt er in een regenbui bovendien voor dat je voldoende blijft zien. Zorg wel dat je transparante lenzen in je bril zet, anders wordt het wel heel donker.

Een andere mogelijkheid is het dragen van een koerspetje onder je helm. Die zorgt dat je hoofd langer droog blijft, de warmte minder snel je lichaam verlaat en de klep zorgt ervoor dat er minder regen direct in je ogen valt.

4. Voorzichtig in bochten

Vooral in bochten is het opletten, met name voor racefietsers. In een bocht heb je weinig grip, omdat het contactoppervlak van je banden met de ondergrond kleiner is dan wanneer je in een rechte lijn fietst. Draai je je fiets scherp in – zoals je dat in droge omstandigheden zou doen – dan is de kans groter dat je onderuit gaat. Je hebt namelijk minder grip wanneer het wegdek glad is. Vermijd daarom gladde oppervlaktes, zoals putdeksels, kasseien en wegmarkering. Voordat je een bocht instuurt, kijk je omhoog, beoordeel je de bocht, rem je voor de bocht af (niet in de bocht!) tot een veilige snelheid. Stuur daarna ruim in.  

"Vermijd gladde oppervlaktes, zoals putdeksels, kasseien en wegmarkering" 

5. Pas je bandenspanning aan

Verlaag je bandenspanning als je over natte wegen fietst. Fiets met ongeveer 1 bar minder in je banden dan gebruikelijk. Je hebt dan meer grip doordat de band zich beter naar het wegdek vormt. Je kunt ook bredere banden (25 of 28 mm) monteren voor nog meer grip. Vergeet niet: hoe breder de band, hoe lager de bandenspanning. Uiteraard speelt je eigen gewicht hierin ook een rol. In de tabel is precies te zien welke spanning wordt aangeraden.
 

Kies in ieder geval voor een band met een hoge mate van lekbestendigheid. Natte banden trekken eenvoudig steentjes en ander gruis aan. Doordat deze aan je banden blijven plakken, heb je een grote kans dat deze op den duur door je buitenband prikken. Ga je op pad? Zorg dan – net als eigenlijk bij iedere rit – dat je een setje nieuwe binnenbanden en een pompje bij je hebt.

6. Geen onverwachte bewegingen

Fiets je in een groep dan is het extra opletten. Rijd een constante snelheid en maak geen onvoorspelbare bewegingen. Dus niet plotseling remmen, uitwijken of van richting veranderen. Zeker op natte, gladde wegen is een valpartij zo gebeurd. Rijd daarom behoudend en pas je snelheid aan waar nodig.
 

7. Plan je rit

Fietsen in een klein buitje is niet zo erg. Acht uur lang door de regen ploeteren is echt voor niemand leuk. Check vooraf het weerbericht - via apps als Buienrader, Meteoconsult, Het Weer - en pas je rit aan. Kies een kortere route, verander de rijrichting (afhankelijk van hoe de bui zich verplaatst) of kies toch voor een indoortraining.

8. Maak je fiets schoon

Na een lange, regenachtige rit heb je niet altijd zin om je racefiets te poetsen. Toch is het verstandig om je fiets ook na een natte rit goed schoon te maken. Je verlengt daarmee de levensduur van je racefiets en de verschillende onderdelen. 
 

9. Verzeker je fiets

Fietsen in de regen is tricky. Het onder controle houden van je racefiets is ingewikkelder en het is extra opletten voor andere weggebruikers. Je dure racefiets loopt dus ook extra risico. Wil je geen risico lopen (ok, een klein eigen risico)? Dan kun je jouw racefiets verzekeren. Als Fietssport Plus gebruiker ben je standaard tot € 1.000,- verzekerd tegen schade aan je racefiets via de NTFU-fietsverzekering. Tijdens toertochten en trainingsritten, in heel Europa en 24/7. Heb je een duurdere fiets? No problem. De verzekering kun je afhankelijk van de waarde van je fiets ophogen tot € 10.000,-.