Wat is dikke lucht? En heb je er als fietser écht last van?
Plus zes tips om de snelheid er in te houden.
Allereerst gaan we ervan uit dat je het laagst mogelijk haalbaar lichaamsgewicht hebt. Want het gaat bij bergop fietsen om de watt per kilogram die je kunt trappen. Vijf kilo minder lichaamsgewicht scheelt enorm.
Ook gaan we ervan uit dat de fiets die je op de top moet brengen een dusdanige keuze in verzet heeft dat je lekker licht kunt trappen bij 7 à 8 % stijgingspercentage. Met meer omwentelingen per minuut, hou je het langer vol. In het hooggebergte is zelden een klim kilometers achter elkaar 16%.
Het hangt ervan af of je op één dag één beklimming wilt doen of misschien wel drie of vier. Voor meerdere beklimmingen op een dag zul je veel aan lange duurtrainingen moeten doen. Je zit dan immers al gauw een uur of acht in het zadel bij vier beklimmingen.
“Voor elke fietser geldt dat uithoudingsvermogen, kracht en cadans de drie basisvaardigheden zijn die je moet trainen”
Uithoudingsvermogen train je door ritten te maken van minimaal twee uur op een lage intensiteit. Hartslag circa 70-80% van je maximale hartslag. Naarmate de weken vorderen, bouw je de duur van deze ritten wat uit. De valkuil is dat je vaak te veel met een te hoge hartslag fietst. Vooral als je Strava-verslaafd bent.
Krachttraining kun je in de sportschool doen, of thuis. Met gewichten en eigen lichaamsgewicht. En dan gaat het niet om extra brede schouders te krijgen, maar vooral romp en benen.
Krachttraining op de fiets kan ook, als je een heuvel, helling of viaduct in de buurt tot je beschikking hebt. In een lage cadans, zes à acht keer de helling op. Ook op een indoortrainer lukt dat erg goed.
Beensnelheid train je door tijdens je duurtrainingen, gedeeltes van tien, twintig, dertig seconden met een cadans boven de 105 omwentelingen te fietsen. Dat bouw je langzaam op en breid je ook uit. Je zult merken dat je dan een hogere, natuurlijke beensnelheid gaat ontwikkelen.
“Je hebt zo’n 3 maanden nodig om een betere basisconditie op te bouwen”
Als de basis is gelegd, ben je klaar voor de zwaardere intervallen in de hogere hartslag en/of vermogenszones. Dan ga je intervaltrainingen doen, waarbij je de duur en intensiteit van de intensieve blokken gaat opvoeren en natuurlijk ook rust inbouwt.
Let wel dat nog steeds 75-80 % van je trainingen gericht is op duurtraining. Probeer minimaal drie keer per week op de fiets te zitten. Als je doel is om één keer een lange klim te doen, is het overigens niet nodig om meer dan drie keer per week te trainen.
Wil je echter meer dan één berg op één dag overwinnen, zal je meer uren moeten maken per week. Belangrijk daarbij is dat je ook rustweken inbouwt waarin je lichaam de kans krijgt te herstellen. In een rustweek fiets je wel, maar minder en alles op lage intensiteit.
Is het nodig om in Zuid-Limburg te trainen? Of rond de Posbank op de Veluwe? Ik ben van mening dat dat niet per se nodig is. Hier train je veel relatief korte hellingen in één tocht. Een soort intervaltraining dus met kracht. Je maakt wel 1000 -1500 hoogtemeters of meer, maar op een heel andere manier dan één helling van 21 km.
Dus heb je geen heuvels tot je beschikking, geen nood. Als je de drie vaardigheden goed getraind hebt en je hebt de intervallen op hogere intensiteit niet geschuwd, dan ben je echt wel klaar voor een lange beklimming.
/imgDie vind je in Fietssport Magazine, hét tijdschrift voor sportieve wielrenners en mountainbikers. Elk kwartaal ontvang je inspiratie, persoonlijke verhalen, reisreportages en tips over training, voeding en gezondheid, zo op je deurmat.
Meer infoRedactie Fietssport
Plus zes tips om de snelheid er in te houden.
Wij geven je 5 praktische tips om de Hollandse wind te trotseren.
Jij laat je toch niet tegenhouden door een buitje?
Van beginnende fietser naar berggeit.
Je wordt beter op de fiets, bent klaar voor je eerste avontuur én meer!
Train niet te lang!
Alleen ga je sneller, maar samen kom je verder.
In training voor de Jean Nelissen Classic.
Draai 4 weken lang gratis proef.
Nooit meer alleen bandje wisselen of solo tegen de wind in stoempen.