Tekst Astrid Olde Olthuis Beeld Lenneke Lingmont
Ik ben ontzettend nieuwsgierig hoe ie voelt en stuurt. Wat gaat het doen met m’n vooroordelen? Hoef je helemaal niet meer te trappen en word je er wel moe van? Plus: vliegt-ie als een pijl uit een boog als ik aanzet met het risico dat je in een onverwachte bocht tegen de eerste de beste boom knalt?
De fiets haal ik op bij het hoofdkantoor van Trek in Harderwijk. Mooie bike, is mijn eerste indruk. Het carbonframe is strak afgewerkt met optisch een craquelé-effect in blauw/zwart dat geen folie blijkt, maar onderdeel van de lakafwerking. Slim gedaan, want het ziet er mooi uit en het beschermt tegen steenslag en gevolgen van valpartijen of omvallen. Waar ik van hou, is de strakke afwerking zonder tierelantijntjes zoals te veel kleuren op een fiets of schreeuwerige logo’s. Ook het display is mooi en onopvallend in de bovenbuis van het frame verwerkt.
Verder valt me het brede stuur op. Benieuwd hoe makkelijk je daarmee tussen smalle openingen manoeuvreert. Dat stuur blijkt later ook een dingetje als ik – bij gebrek aan een fietsdrager - de bike in de auto wil leggen. Bovendien moet je bij het gebruik van een fietsdrager rekening houden met het gewicht van de fiets. Net onder de twintig kilo is deze wel wat zwaarder dan mijn eigen ambachtelijke MTB. Haal je bij veel e-bikes de accu eraf, bij de Trek Fuel+ is de geïntegreerde relatief lichte accu niet afneembaar. Het frame oogt daardoor wel mooier en stijver.
Boomwortels
Volgens Trek is de Fuel+ geschikt voor mountainbikers die graag uitdagende Nederlandse trails rijden met technische secties, korte maar pittige klimmetjes en als het kan met wat hoogtemeters. Als je dan een beetje extra ondersteuning zoekt, wordt het allemaal nog leuker.
Maar eens ontdekken of de Trek Fuel+ het Twentse landschap snapt. Ik neem 'm mee naar mijn achtertuin: de Losserse Zandbergen. Niet per se een bekend mountainbikegebied maar wel vol korte steile bultjes waar je veel kunt wenden en keren. Met veel blootgelegde boomwortels lijkt me dit terrein goed voor een kennismaking met het stuurgedrag. Om er te komen, moet ik eerst een stukje over asfalt. Een goed moment om uit te proberen wat de verschillende standen doen: eco, mid of high en in hoeverre de motor meehelpt.
Bij het opschakelen van de hulp en het aanzetten op de pedalen gaat ie er niet vandoor en dat is maar goed ook. Hiermee is mijn angst om tegen een boom te crashen naar het land der fabelen verwezen. Meetrappen moet je zeker doen maar de motor helpt. Tot deze het maximum van 26 kilometer per uur bereikt, daarna ondersteunt de motor niet meer. Vanaf dat moment moet je het zelf doen en dan voelt twintig kilo toch wel als een flink gewicht.
Mijn angst om tegen een boom te crashen is naar het land der fabelen verwezen
Speels
‘Cooles Rad!’ roepen een paar Duitse jongens me toe als ik eenmaal op het terrein ben. Cool is ie inderdaad en lekker speels: bult op en bult af. Met gemak rolt de Trek over de boomwortels heuvelop als ik de ondersteuning omzet naar 'high' met de shifters links op het stuur. Even tik-tik-tik elektrisch terugschakelen met Shimano XT Di2 en ik ben boven. Grijns! Dit is fun! Wendbaar als de Trek is, stuur ik 'm met gemak over de smalle tracks, op en neer. De verklaring zit in de verschillende wielmaten van het type MX: voor 29 inch en achter 27,5 inch. Mede daardoor zit ik ook wat rechterop en dat voelt best comfortabel. De vering voor en achter kun je separaat afstellen, als ook de luchtdruk.
In een speciale Trek-app worden de aanbevolen meetwaarden berekend op basis van je gewicht. Zo kun je de druk in de veringen optimaal instellen, het aantal millimeters dat de veringen moeten doorzakken en hoe snel deze terug moeten slaan. Zelfs de luchtdruk in de banden wordt door de app aanbevolen, maar dat heeft wat mij betreft ook met persoonlijke voorkeur en ondergrond te maken. Op zoek naar de lock-out kom ik erachter dat deze ontbreekt op de FOX-vork wat logisch schijnt te zijn voor een e-MTB. Eerlijk gezegd mis ik het niet. Dan is er voor de liefhebber nog een 'progression chip' in de achtervering. Door de chip om te draaien kun je kiezen tussen meer comfort op flowy trails of meer weerstand en controle voor technische, ruige afdalingen.